RDC Rijnsburg - Damlust Gouda 2 10-6
5 oktober 2024
In het huidige computertijdperk kan een dammer van slechts matige speelsterkte, hiermee bedoel ik mezelf, zich toch vrij snel een redelijk beeld vormen van het verloop van de partijen tussen spelers die veel sterker zijn. Ik maak hierbij gebruik van een paar handige hulpmiddelen. Om te beginnen kijk ik altijd naar de Analyse Grafiek op Toernooibase. Laten we eens kijken naar de partij van Cor van Dusseldorp.
We zien een horizontale groene lijn tot ongeveer zet 35, wat betekent dat de partij in evenwicht was. Daarna moet zwart iets niet goed hebben gedaan, want de lijn stijgt en wordt vanaf zet 37 oranje/geel, wat wijst op belangrijk voordeel voor wit. Blijkbaar lukt het wit om dit voordeel vast te houden en langzamerhand uit te breiden. De grafiek stijgt heel langzaam verder en wordt rond de 50ste zet rood. De partij is vanaf dat moment verloren voor zwart. Wit maakt geen enkele fout en wint de partij. Deze grafiek wijst op een "modelpartij" van Cor. Als tweede voorbeeld kijk ik naar de partij van Hans Tangelder.
Hier zien we opnieuw de horizontale groene lijn vanaf het begin. Rond zet 39 stijgt de lijn opeens naar een rode waarde van +7. Er is geen tussenfase, zoals in de vorige grafiek, waarbij de waarde geleidelijk stijgt. Dit soort grafieken komen heel vaak voor en wijzen op een blunder van een van beide spelers. Ik kom hier later op terug, eerst nog de partij van Arie Schoneveld.
Een dergelijke grafiek wijst op een ontsnapping. Tussen zet 32 en 40 verkrijgt wit voordeel, maar dit geeft hij rond zet 41 weer weg. Daarna een grote piek in de grafiek. Eerst blundert zwart en daarna blundert wit. Het is goed mogelijk dat beide spelers dit zelf tijdens de partij niet hebben gesignaleerd. Tenslotte nog een grafiek van de partij van Richard Meijer waarin geen grote fouten werden gemaakt.
Hier kronkelt de groene lijn iets onder de nul. Let op de vertikale schaal, die voor elke grafiek anders kan zijn. Zwart bereikt rond zet 28 een voordeeltje van minder dan 0.3, wat niet voldoende is om de grafiek een andere kleur te geven. Het is zwart blijkbaar niet gelukt om dit voordeeltje uit te breiden en wit kan rond zet 30 de zaak gelijk trekken.
Het tweede hulpmiddel dat ik gebruik is het mooie maar vrij dure programma Turbo Dambase. Ik kan alle partijen eenvoudig van Toernooibase downloaden en vervolgens allemaal automatisch laten analyseren door bijvoorbeeld het programma KingsRow, dat deel uitmaakt van Turbo Dambase. Hoeveel tijd de computer gebruikt voor deze analyse is instelbaar. Ik laat hem meestal 40 minuten analyseren voor alle acht partijen van één teamwedstrijd. Als voorbeeld geef ik hieronder de partij van Hans, waarvan we hierboven ook al de Analyse Grafiek hebben gezien.
Je ziet hier dat KingsRow slechts één moment wijst op een grote fout van de zwartspeler. Wat precies als een "grote fout" wordt gekwalificeerd, is ook instelbaar. Om het aantal opmerkingen van KingsRow enigszins beperkt te houden (anders legt hij op alle slakken zout), heb ik de fouttolerantie ingesteld op 0.5 (ongeveer een "halve schijf").
Hoe moet je dit interpreteren? Vetgedrukt zijn de gespeelde zetten, lichtgedrukt is het commentaar. Op zet 39 heeft zwart 17-22 gespeeld. Dat krijgt als oordeel de waarde 5.26/24, hetgeen betekent dat zwart ruim 5 schijven (5.26) achter komt en dat KingsRow dit heeft uitgerekend tot een diepte van 24 zetten. Die waarde van 5.26 is een beetje onzin - het betekent eigenlijk gewoon dat zwart totaal verloren staat; er is geen praktisch verschil tussen 5.26 en bijvoorbeeld 7.51.
Wat je ook ziet is het oordeel 0.11 als zwart de aangegeven variant 39...20-25 had gespeeld in onderstaande stelling.
Erik Hoogendoorn (1280) - Hans Tangelder (1103) 2-0
De waarde van 0.11 heeft niet zoveel betekenis. Blijkbaar oordeelt KingsRow dan dat wit ietsje prettiger staat, maar waaróm dat zo is, dan legt KingsRow niet uit. Wel kun je de aangegeven variant naspelen om te zien waar die naar toegaat. Om het verhaal af te sluiten, zal ik per partij nog één moment dat uit mijn computeranalyse te voorschijn is gekomen eruit lichten.
Eric Hogewoning (1137) - Willem Bor (1034) 2-0
De stelling is analytisch remise als zwart hier vervolgt met 47... 24-30! maar in plaats daarvan wordt de partij beslist door een positionele blunder waarvan Eric Hogewoning met een brilcombinatie profiteert: 47... 19-23? 48. 33-28 23-29
- 28-23! 29x18 50. 17-12! en het is uit.
Derk Jan de Groot (1164) - Richard Kromhout (1333) 0-2
Ook deze partij ging verloren door een positionele blunder - als dat de goede term is. Goed genoeg voor remise is hier 50. 39-34, maar in plaats daarvan speelde wit 50. 38-32? waarna Richard het afmaakte met 50... 23-29 51. 39-34 29x38! 52. 32x43 18-22! en zwart won door een vijfvoudige(!) oppositie.
Richard Meijer (1295) - Erik Maijenburg (1178) 1-1
De slotstelling van een partij zonder echte fouten. De extra zwarte schijf heeft geen betekenis omdat de witte dam de hoofdlijn beheerst.
Peter van Eck (1213) - Thomas Wielaard (1301) 0-2
Dit was een hele boeiende partij die een lange analyse verdient. Ik beperk me hier tot de fraaie slotcombinatie van Thomas: 45... 29-34! 46. 40x29 13-19! 47. 23x3 18-22 48. 27x18 12x43 49. 3x21 16x38 en zwart zal snel twee dammen hebben. Wit gaf het dan ook meteen op.
Rinus Kromhout (1042) - André Venema (1270) 0-2
Zwart won hier met het "zetje van Weiss": 43... 14-20! 44. 25x14 24-30 45. 35x24 23-29 46. 24x33 13-19 47. 14x23 18x40 en wit moest korte tijd later capituleren.
Arie de Bruijn (1235) - Arie Schoneveld (1047) 1-1
Dit is de stelling van de "mysterieuze" piek in de Analyse Grafiek die ik hierboven liet zien. Ik citeer MI Johan Wiering die op Toernooibase het volgende meldt: "Dit is een bekende stelling. Wit kan zo winnen. 44. 28-22! 24-29 45. 47-41 29-34 46. 30-24 34x43 47. 38x49 19x30 48. 35x24". Gelukkig voor Arie zag Arie dit niet en ging deze verder met 44. 39-34? waarna ons erelid zich eruit wist te werken.
Cor van Dusseldorp (1434) - Anastase Leclerc (1280) 2-0
Dit was de laatste partij die werd gespeeld. Wit staat twee volle schijven voor en totaal gewonnen. Maar hoe win je een gewonnen stelling? Ik was getuige van deze slotfase en vroeg me af hoe de meester het karwei zou afmaken. Moest hij bijvoorbeeld de schijf op 36 laten promoveren? Nee. Ik was onder de indruk van de systematische wijze waarop Cor het varkentje waste. Hij bracht zijn dam naar 47 en speelde vervolgens 40-34-29. Daarna ruilde hij nog een paar schijven met 30-24 en toen vond de Fransman het welletjes.
Eric van 't Hof